Wanneer het Kerstmis wordt, voelen we weer het verlangen naar de gloed van het zonlicht; we verlangen naar mooie geschenken, naar de warmte van goede relaties met familie en vrienden; we verlangen naar duurzame vrede. Uiteindelijk willen we een rechtvaardig en menslievend leven voor ieder op aarde.
Maar wie kan die verlangens vervullen? Wie kan ons een licht geven dat nooit meer dooft? Wie kan ons hart vullen met een liefde die sterker is dan de dood? Wie kan ons het geluk geven dat alle geschenken overtreft? En wie kan ons een vrede geven die zelfs vijanden tot verzoening brengt? Dat kan alleen wie in zichzelf de bron draagt van alle leven, licht, geluk en vrede. Dat kan alleen wie de Liefde in eigen persoon is.
Wanneer het Kerstmis wordt, kunnen we de ongelofelijke boodschap horen dat deze volmaakte Liefde toegang heeft gezocht tot ons mensen. Deze goddelijke Liefde heeft ons aangeraakt door zelf mens te worden in het Kerstkind. Ongehoord, maar waar: “door de menswording van Christus heeft God ons aangeraakt” (Paus Franciscus). Hij wil opnieuw ons hart aanraken en vullen met zijn kracht en warmte en hoop.
De keuze is aan ons om ons hart door die liefde te laten aanraken, te laten vullen en vervolgens te openen. Kerstmis is niet allereerst het feest van cadeautjes openen maar van je hart openen.