Afgelopen zondag hebben de Nederlandse bisschoppen, in nauwe samenwerking met de KRO-NCRV, een landelijke gebedsestafette georganiseerd. Het begon met een Eucharistie waarin kardinaal Eijk de celebrant was en de dag werd afgerond met een avondgebed in onze Sint Jan. Eucharistie en avondgebed waren te zien op NPO 2. Tijdens de korte overweging in het avondgebed heb ik gewezen op het grote vertrouwen dat Maria in haar Zoon heeft. Tijdens de bruiloft van Kana, in het Johannesevangelie het begin van het openbaar leven van Jezus, zegt de moeder van de Heer tot de bedienden, wijzend op Christus, “Doet maar wat Hij u zeggen zal.”
Tot op de dag van vandaag wijst Maria naar Christus en worden ook wij opgeroepen om te doen wat de Heer van ons vraagt. Wat kan het onderwijs van Jezus ons in deze lastige crisistijd leren? In mijn beleving minstens drie dingen. Allereerst een diep vertrouwen op God. Vervolgens de oproep om mensen van gebed te blijven. En tenslotte vraagt Christus ons om goed te zijn voor de mensen naast ons.
Christus spreekt veel over vertrouwen op God maar vooral heeft Hij dat vertrouwen ook voorgeleefd. In deze Veertigdagentijd begeleiden wij Jezus naar Jeruzalem. Zijn onderwijs en genezend handelen roepen enthousiasme op maar ook verzet. Het net van de vijand sluit zich steeds meer rondom Hem. Uiteindelijk zal Hij in Jeruzalem worden gearresteerd, gemarteld en gedood. Jezus, zo leert ons het Nieuwe Testament, heeft angst gekend. Grote angst zelfs voor datgene wat op Hem afkwam. Maar uiteindelijk kon Hij zijn leven wegschenken in het vertrouwen dat zijn Vader Hem zou opvangen. Christus leert ons om in deze bijzondere en, voor niet weinig mensen ook, angstige tijd onze toevlucht bij God te zoeken. Gelukkig de mens die zich geborgen weet bij de Bron van ons bestaan.
Het geheim van het leven van Jezus vormde de biddende omgang met God die Hij zijn Vader noemt. Jezus bidt in de vrije natuur; in een synagoge of, bij gelegenheid van de feestdagen van Israël, in de grote Tempel van Jeruzalem. Biddend leeft Jezus voor God en is Hij verbonden met mensen. Er zijn zoveel intenties waarvoor wij kunnen bidden. Natuurlijk allereerst voor de zieken die door het coronavirus zijn getroffen. Maar ook voor hun familieleden en vrienden die zich vaak onmachtig voelen. Wij kunnen bidden voor de artsen en verpleegkundigen die vol toewijding voor de patiënten zorgen. Graag noem ik de leden van het openbaar bestuur die ons gebed kunnen gebruiken. Ik denk aan onze premier en de andere ministers die vele overuren maken om de crisis in te dammen. Ik heb de afgelopen week burgemeester Mikkers van ’s-Hertogenbosch een hart onder riem gestoken. Samen met zijn collega’s van Eindhoven en Tilburg speelt hij een belangrijke rol in de bovenmate getroffen provincie Brabant. Gelukkig de mens die ook in deze dagen, ondanks onzekerheid en angst, tot gebed kan komen.
Ons vertrouwen op God en onze biddende omgang met Hem, kan ons de kracht geven om voluit verbonden te zijn met onze naasten. Het virus wil onze naaste tot een tegenstander of zelfs vijand maken. Via een medemens kan het virus ons immers ziek maken. Tegen die achtergrond wordt ons gevaagd om de ander te mijden en uit de weg te gaan. Zo mogen bewoners van verpleeghuizen voorlopig geen bezoek ontvangen. Als deze situatie lang aanhoudt moeten wij vrezen dat onze mentale gezondheid zal worden aangetast. Eenzame mensen worden extra eenzaam met alle lichamelijke en psychische klachten die dat kan oproepen. De meeste mensen hebben immers niet het charisma van kluizenaar ontvangen. Gelukkig de mens die, in deze crisistijd, niet in een ziekmakend isolement terecht komt.
Maar gelukkig hoor ik over allerlei vormen van verbondenheid. Ik dank onze priesters, diakens. pastoraal werkers en de vele vrijwilligers in de parochies hartelijk die, via de telefoon of andere sociale media, medeparochianen steunen en bemoedigen. Herderlijke zorg in optima forma. Wij worden uitgedaagd om vindingrijk te zijn in onderlinge solidariteit. Tal van mogelijkheden dienen zich aan. Nu wij worden gemaand tot voorzichtigheid in sociale contacten, kan de moderne techniek een uitkomst zijn. Een telefoongesprek met iemand die dreigt te vereenzamen, kan wonderen doen. Datzelfde geldt voor het sturen van een leuke kindertekening of een opbeurende mail. Ikzelf kreeg meerdere mails met bemoedigende teksten. Dat doet mij goed. Ik hoor van buurtbewoners die boodschappen doen voor mensen die liever binnen blijven. Ook is het een goed idee om extra te koken voor mensen die een gezonde maaltijd kunnen gebruiken. Als bisschoppen
hebben wij de gelovigen afgelopen week opgeroepen om het gebed nauw te verbinden met diaconie. Zo kan voedsel worden ingezameld voor onze voedselbanken of andere uitgiftepunten. Juist mensen aan de maatschappelijke onderkant hebben het extra zwaar. Laten wij vooral hen niet vergeten. Gelukkig de mens die, over eigen grenzen heen, zorg draagt voor de ander.
Broeders en zusters, de tijd is onzeker. En niemand weet hoe lang de ellende gaat duren. Ik hoop en bid dat u dicht bij God blijft leven en in gebed met Hem verbonden blijft. Vanuit de biddende omgang met de Heer ontvangen wij ook de energie om beschikbaar te zijn voor onze naasten. Laten wij met Maria, de moeder van de Heer, doen wat Christus van ons vraagt. Tegen die achtergrond wens ik u voor de komende tijd veel creativiteit in naastenliefde.
Laten wij ons van harte aansluiten bij het mooie oecumenische initiatief van onze paus en woensdag met vele christenen van allerlei tradities samen het gebed bidden dat Jezus ons geleerd heeft; zo kunnen wij dicht bij onze hemelse Vader blijven